Madeleine Merkx ergert zich aan internetconsultaties die worden gebruikt om belastingwetgeving snel door te voeren.
Sinds enkele jaren legt het kabinet wetsvoorstellen of voorstellen tot wijziging van regelgeving voor aan de burger via de website www.internetconsultatie.nl. Mijn eerste ervaring met deze internetconsultatie als btw-er was positief. Dit betrof de internetconsultatie van het
wetsvoorstel tot wijziging van de regelgeving rondom oninbare vorderingen van art. 29 Wet OB 1968. Verschillende individuen en organisaties hebben hun input gegeven op dit voorstel, daar is serieus naar gekeken en dit heeft geleid tot enkele wijzigingen in het voorstel dat vervolgens is opgenomen in het wetsvoorstel
Fiscale Vereenvoudigingswet 2017.
Mijn volgende ervaring is echter minder positief. Dit keer ging het om het wetsvoorstel tot
aanscherping van de definitie voor geneesmiddelen in de btw. Ondanks dat veel input is gekomen vanuit verschillende stakeholders (ondernemers, organisaties en individuen) is het wetsvoorstel vrijwel ongewijzigd opgenomen in het
Belastingplan 2018. Alleen op verzoek van de Tweede Kamer zijn nierdialyseconcentraten opgenomen in de betreffende tabelpost waardoor hiervoor het verlaagde btw-tarief zal gelden. Het is natuurlijk het goed recht van het kabinet om de verschillende bezwaren die zijn aangedragen te wikken en te wegen om vervolgens te besluiten dat het wetsvoorstel in zijn oorspronkelijke vorm aan de Kamer wordt voorgelegd. Dat levert bij mij hoogstens een teleurstelling op, maar geen ergernis.
Internetconsultatie mag echter geen middel zijn om een wetswijziging binnen zeer korte termijn door te voeren en in te voeren. Het schetst bij mij dan ook verbazing dat het kabinet in reactie op
Kamervragen over de ingangsdatum van de aangescherpte definitie geneesmiddelen aangeeft dat belastingplichtigen zich voldoende op deze wijziging hebben kunnen voorbereiden, omdat zij via de internetconsultatie en op andere wijze over de wijziging zijn geïnformeerd. Uit de antwoorden wordt niet duidelijk waar dat ‘andere wijze' op ziet. Met zijn opmerking, dat internetconsultatie belastingplichtigen heeft kunnen voorbereiden op de wijziging, miskent het kabinet de gedachte van een consultatie, dat stakeholders input kunnen geven op een wetsvoorstel, wat ertoe kan leiden dat dat wetsvoorstel nog (deels) wordt aangepast of (veel) later dan gepland of wellicht wel nooit aan de Kamer wordt voorgelegd. Daarvan uitgaande zullen stakeholders op dat moment nog geen kosten maken om te anticiperen op wetgeving waarvan nog niet zeker is of en wanneer die er komt.
Pas op Prinsjesdag 2017 toen de gewijzigde wettekst in het Belastingplan 2018 bekend werd gemaakt, konden belastingplichtigen actie gaan ondernemen. Nog daargelaten dat belastingplichtigen over het algemeen pas actie zullen gaan ondernemen als de wetswijziging daadwerkelijk door de Kamer is. Er sneuvelen immers regelmatig nog voorstellen of er worden voorstellen aangepast.
Er is nog een derde internetconsultatie geweest op het gebied van de btw. Die voor de
herziening op kostbare diensten. Inmiddels is duidelijk dat deze niet per 1 januari 2018 zal worden ingevoerd. Echter, omdat het hier gaat om de aanpassing van een ministeriële regeling kan een wijziging snel worden bewerkstelligd. Ik mag hopen dat de internetconsultatie hier niet ook als excuus wordt gebruikt om de regelgeving in te voeren met een korte termijn voor belastingplichtigen om zich aan te passen.
Internetconsultatie is een mooi instrument om de maatschappij te betrekken bij voorgenomen wijzigingen in wet- en regelgeving. Echter, er moet ruimte zijn om wijzigingen in een voorstel aan te brengen wanneer dit wordt voorgelegd (om teleurstellingen te voorkomen) en goed worden overwogen of internetconsultatie het meest geschikte middel is om de maatschappij te betrekken. Het kan bijvoorbeeld ook zijn dat overleg met de betrokken branche(s) een veel beter instrument is. Internetconsultatie mag zeker geen middel zijn om een snelle doorvoering of invoering van een wetswijziging te rechtvaardigen.
4