De Hoge Raad stelt het verzoek om wraking buiten behandeling. De Hoge Raad wijst erop dat alleen wraking van de raadsheren mogelijk is. Verder vermeldt het verzoek ook niet de feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.

Bij brieven van 19 september 2019 deelt de Hoge Raad aan verzoekers, X1 en X2, mee dat op 27 september 2019 de beslissingen in de zaken met de rolnrs. 18/05105 en 19/00069 in het openbaar zullen worden uitgesproken. X verzoekt vervolgens om wraking van de raadsheren, leden van het parket bij de Hoge Raad, de rolraadsheer en de waarnemend griffier.

De Hoge Raad stelt het verzoek om wraking buiten behandeling. De Hoge Raad wijst erop dat alleen wraking van de raadsheren mogelijk is. Wraking van de leden van het parket bij de Hoge Raad, de rolraadsheer en de waarnemend griffier is niet mogelijk. Verder merkt de Hoge Raad op dat het wrakingsverzoek de feiten of omstandigheden moet vermelden waardoor volgens verzoeker de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Het verzoek van X1 en X2 voldoet niet aan deze eis.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:16

Algemene wet bestuursrecht 8:15

Algemene wet inzake rijksbelastingen 29

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 11 november

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen