Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat er op de binnenlandse markt gelijksoortige reeds geregistreerde tweedehands auto's rijden, waarbij is uitgegaan van de forfaitaire uitstoot van 350 gram/km, terwijl de werkelijke uitstoot hoger is. Geen lagere koerslijstwaarde vanwege inkoop door officiële (merk)dealer.

X bv doet in augustus 2013 BPM-aangifte ter zake van de registratie van een uit Italië afkomstige personenauto. De verschuldigde BPM van € 31.882 is kort daarop voldaan. In december 2014 legt de inspecteur een naheffingsaanslag op van € 6.864. Hierbij is uitgegaan van een CO2-uitstoot van 388 gram/km, zoals blijkend uit het Italiaanse kentekenbewijs. Rechtbank Zeeland-West-Brabant vermindert de aanslag tot € 591. De inspecteur gaat in hoger beroep. X bv gaat incidenteel in hoger beroep. In geschil is of voor het vaststellen van de verschuldigde BPM moet worden uitgegaan van de in de aangifte vermelde CO2-uitstoot van 388 gram per kilometer of van een CO2-uitstoot van 350 gram per kilometer. X BV is van mening dat de CO2-uitstoot niet hoger kan worden vastgesteld dan de in artikel 9, elfde lid, Wet BPM opgenomen uitstoot van 350 gram per kilometer. Daarnaast is in geschil de toepassing van de bijstelling dealersituatie.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het systeem van art. 9 lid 11 Wet BPM 1992 de mogelijkheid biedt dat er op de binnenlandse markt gelijksoortige reeds geregistreerde tweedehands auto's rijden, waarbij is uitgegaan van de forfaitaire uitstoot van 350 gram/km, terwijl de werkelijke uitstoot 388 gram is (zie ook Hof 's-Hertogenbosch 7 januari 2016, nr. 14/00805, V-N 2016/16.14.1). Dit geldt ook voor auto's die vergelijkbaar zijn met de auto van X BV. Bij tenminste één van de referentieauto's was de uitstoot niet bekend, zodat mogelijk voor de BPM is uitgegaan van 350 gram/km. Het beroep van de inspecteur is ongegrond. Daarnaast is het niet toegestaan om een negatieve correctie 'bijstelling dealersituatie' van 5% aan te brengen op de koerslijstwaarde van Eurotaxglass's. X bv stelt vergeefs dat deze correctie ziet op de inkoop door een officiële (merk)dealer met hogere overheadskosten, zoals een prestigieuze showroom, hooggeschoold personeel en gebondenheid aan officiële distributieovereenkomsten. Het incidentele beroep van X bv is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 110

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 9

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

4

Gerelateerde artikelen