Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X geen recht heeft op aftrek ter voorkoming van dubbele belasting over de periode 1 juli 2017 - 21 september 2017. X maakt niet aannemelijk dat is voldaan aan de voorwaarde dat ABN AMRO NL zijn salariskosten geïndividualiseerd heeft doorbelast aan ABN AMRO Luxemburg.

Belanghebbende, X, werkt bij ABN AMRO. In 2017 werkt hij een paar maanden bij een Luxemburgse dochteronderneming. Hij treedt vervolgens in dienst bij deze onderneming en ontvangt een ontslagvergoeding van ABN AMRO NL. De arbeidsovereenkomst met ABN AMRO Luxemburg wordt op 30 september 2018 beëindigd. X is van mening dat hij recht heeft op aftrek ter voorkoming van dubbele belasting.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X geen recht heeft op aftrek ter voorkoming van dubbele belasting over de periode 1 juli 2017 - 21 september 2017. X maakt niet aannemelijk dat is voldaan aan de uit de jurisprudentie voortvloeiende voorwaarde dat ABN AMRO NL zijn salariskosten geïndividualiseerd heeft doorbelast aan ABN AMRO Luxemburg. Ook heeft X geen recht op aftrek ter voorkoming van dubbele belasting over zijn ontslagvergoeding. Nederland heeft volgens de rechtbank namelijk het heffingsrecht over het volledige loon uit dienstbetrekking met ABN AMRO NL gedurende de laatste twaalf maanden van de uitoefening hiervan (21 september 2016 - 21 september 2017). Het gelijk is aan de inspecteur.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Groothertogdom Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 16

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Rubriek: Internationaal belastingrecht

Editie: 5 maart

Informatiesoort: VN Vandaag

465

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen