Mevrouw X heeft de Poolse nationaliteit en woont aldaar. Van maart 2013 tot en met 31 december 2014 werkt X als ouderenverzorgster in vaste dienst. X draagt in heel 2013 premie volksverzekeringen in Polen af. Van 15 november 2013 tot en met 28 december 2013 heeft X tijdens haar verlof in Nederland gewerkt als seizoenskracht. In geschil is of X in deze periode premieplichtig is voor de Nederlandse volksverzekeringen. In 2012 en 2014 heeft X hier ook een paar weken als seizoenskracht gewerkt.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat sprake is van het permanent in twee lidstaten uitoefenen van elkaar afwisselende werkzaamheden (zie art. 14 lid 5 EG-Toepassingsverordening nr. 987/2009). Volgens art. 13-1-a EG-Verordening nr. 883/2004 is daarom de wetgeving van toepassing van de lidstaat waar X woont. Het premie-inkomen van X is nihil. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet financiering sociale verzekeringen 6
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Premieheffing, Internationale sociale zekerheid
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant