Belanghebbende, X, is eigenaar van twee zogeheten twee-over-een-trapwoningen in de gemeente Rotterdam. Deze woningen zijn gelegen boven winkels. De heffingsambtenaar stelt de WOZ-waarden 2016 van deze woningen vast op € 65.000 respectievelijk € 62.000.
Hof Den Haag oordeelt in navolging van de rechtbank dat de gemeente de WOZ-waarden van de zogeheten twee-over-een-trapwoningen van X niet te hoog heeft vastgesteld. De heffingsambtenaar is geslaagd in de op hem rustende bewijslast. De gemachtigde van X heeft hiertegen slechts algemene argumenten ingebracht die weinig inhoudelijk op de onroerende zaken betrekking hebben. Als de gemachtigde van X op de zitting vragen krijgt van het hof volstaat hij met lukrake op- en aanmerkingen. Het feit dat de taxatieverslagen en –rapporten niet zijn ondertekend heeft geen gevolgen voor de WOZ-waarde. Hetzelfde geldt voor het feit dat hier en daar de jaren 2015 en 2016 zijn verwisseld. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17