X is het niet eens met een boete die haar is opgelegd wegens het niet tijdig betalen van omzetbelasting. Rechtbank Noord-Holland vermindert de boete van € 3913 naar € 1500. De inspecteur is het met deze vermindering niet eens.
Hof Amsterdam sluit zich aan bij het oordeel van de rechtbank dat de boete verminderd dient te worden naar € 1500, en dat dit bedrag, gezien alle omstandigheden van het geval, passend en geboden is. Het hoger beroep van de inspecteur is ongegrond. Voor de beoordeling van het betaalgedrag dient enkel de voldoening van de het middel omzetbelasting in ogenschouw te worden genomen. Betaalverzuimen bij andere belastingmiddelen doen niet ter zake. Andere door de inspecteur gestelde vertragingen bij de betaling van omzetbelasting vielen binnen de coulanceperiode en hebben niet tot een verzuimboete of verzuimmededeling geleid. Gelet op het voorgaande heeft de rechtbank kunnen overwegen dat X in de "de afgelopen tien jaar een nagenoeg vlekkeloos betaalgedrag heeft laten zien". Verder is ook in hoger beroep onbetwist dat X zo spoedig mogelijk na ontdekking van het verzuim alsnog uit zichzelf heeft betaald en dat zij inmiddels maatregelen heeft genomen om recidive te voorkomen.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c