De Hoge Raad verhoogt in een BPM-zaak de door het hof toegekende proceskostenvergoeding en kent alsnog een ISV toe.

X bv komt in beroep en hoger beroep tegen op aangifte voldane bedragen aan BPM. Hof Arnhem-Leeuwarden weigert X bv de gevraagde ISV vanwege corona.

De Hoge Raad verhoogt in een BPM-zaak de door het hof toegekende proceskostenvergoeding en kent alsnog een ISV toe. Het hof heeft op basis van de tekst van het Besluit proceskosten bestuursrecht een lagere proceskostenvergoeding toegekend in deze BPM-zaak, maar deze lagere vergoeding is door de Hoge Raad in strijd geoordeeld met het discriminatieverbod (HR 27 mei 2022, 21/02977, V-N 2022/24.13). De Hoge Raad oordeelt verder dat het hof de redelijke termijn ten onrechte heeft verlengd in verband met corona. Voor zo’n verlenging van de redelijke termijn bestond geen aanleiding omdat partijen niet waren uitgenodigd voor een zitting tijdens de sluiting van de gerechtsgebouwen in verband met corona (HR 27 mei 2022, 21/02977, V-N 2022/24.13). De klachten van X over de proceskostenvergoeding en ISV slagen dus. De overige klachten van X kunnen niet tot cassatie leiden (art. 81 RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hoge Raad

Editie: 13 maart

Carrousel: Carrousel

30

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen