Aan X bv is een btw-naheffingsaanslag en een vergrijpboete opgelegd. De aanslag is verstuurd naar haar vestigingsadres (A-straat 1 te Q), zoals blijkend uit het Handelsregister. De bezwaartermijn eindigt op 9 september 2013. In geschil is of het door de inspecteur op 13 september 2013 ontvangen bezwaar terecht wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk is verklaard. X stelt dat de aanslag ten onrechte niet is verstuurd naar haar correspondentie-adres (A-straat 2 te Z) uit het Handelsregister.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur bij de bekendmaking van de naheffingsaanslag terecht gebruik heeft gemaakt van het vestigingsadres van X bv. De inspecteur heeft ter zitting onweersproken gesteld dat aanslagen bekend worden gemaakt aan het adres met de hoogste prioriteit, zijnde het vestigingsadres. Een ander adres wordt alleen gebruikt op uitdrukkelijk verzoek van de belastingplichtige. Dit verzoek ontbreekt. Het voorgaande is door X bv niet betwist. Het feit dat de aanslag is verzonden naar een opslagloods zonder brievenbus, leidt niet tot het oordeel dat de termijnoverschrijding niet aan X bv kan worden verweten. Het beroep van X bv is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Algemene wet bestuursrecht 6:11