De Kennisgroep Toeslagen geeft uitleg over de gevolgen van de bouwkundige splitsing van een koopwoning. Splitsing kan er toe leiden dat bewoners, die tevens eigenaar zijn, geen toeslagenpartner zijn met bewoners van andere woonruimten.
In de voorgelegde casus wonen twee ouders X en Y in een koopwoning met twee volwassen kinderen A en B. X en Y zijn gezamenlijk voor 50% eigenaar van de woning en A en B ieder voor 25%. Het pand wordt gesplitst in drie eigen woningruimten waarvan nog onbekend is of die huisnummers krijgen in de Basisregistratie Personen (hierna: BRP). A wil zorgtoeslag en vraagt of hij een toeslagenpartner heeft.
Indien een koopwoning bouwkundig is gesplitst in aparte woonruimten met een eigen huisnummer in het BRP, is geen sprake van gemeenschappelijke inschrijving. De bewoners van de verschillende woonruimtes komen daarom niet in aanmerking als partner. Volgens vaste jurisprudentie kan van de BRP worden afgeweken als wordt aangetoond dat aparte zelfstandige woonruimten aanwezig zijn. Het is voor de vraag of iemand een partner heeft niet van belang of de aanvrager en/of partner minimaal voor een bepaald percentage eigenaar is van de woning.
Wetsartikelen:
Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen 2
Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet, Belastingrecht algemeen
Editie: 6 mei
Informatiesoort: VN Vandaag
Regelgevende instantie: Belastingdienst