Belanghebbende, X, is eigenaar van een woning die hij op 4 juni 2009 heeft gekocht voor € 290.000. De gemeente stelt de WOZ-waarde 2010 (waardepeildatum 1 januari 2009) vast op € 330.000. X maakt bezwaar en bepleit een waarde van € 285.000. Op 2 juni 2010 geeft X een taxateur opdracht om een taxatie van zijn woning te maken ter onderbouwing van het bezwaarschrift. Twee dagen later krijgt X van de gemeente een uitnodiging voor een hoorzitting waarin staat dat de gemeente voornemens is de WOZ-waarde te verlagen tot € 290.000. Het taxatierapport van X heeft als datum 15 juni 2010 en concludeert tot een waarde van € 285.000. In geschil is of X na de verlaging van de WOZ-waarde in bezwaar (tot € 290.000) recht heeft op een vergoeding van de kosten van het taxatierapport.
Hof 's-Gravenhage acht het inschakelen door X van bijstand door een taxateur redelijk ondanks het feit dat een recente aankoopprijs van de woning voorhanden is. X heeft in bezwaar het standpunt ingenomen dat de waarde verminderd dient te worden tot € 285.000, een waarde die afwijkt van het bedrag waarvoor hij de woning later in dat jaar heeft gekocht (€ 290.000). Nog voordat de gemeente haar zienswijze hieromtrent bekend had gemaakt heeft X een taxateur (waarvan de deskundigheid niet ter discussie staat) opdracht gegeven tot het uitbrengen van een taxatierapport. Het door de taxateur uitgebrachte taxatierapport is door X overgelegd en ondersteunde zijn standpunt dat hij gedurende de gehele bezwaarfase heeft gehandhaafd. Het hof wijst in dit verband op de beslissing van de Hoge Raad dat voor een kostenvergoeding niet van belang is of het deskundigenrapport een bijdrage aan de beslissing van het bestuursorgaan heeft geleverd (HR 16 november 2012, nr. 11/02517, BNB 2013/41). X ontvangt een vergoeding van € 119 (2 uren x € 50 vermeerderd met 19% btw).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:15-2
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hof 's-Gravenhage
Editie: 29 maart