Hof Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat de boete van € 45 gelet op het doel daarvan in een evenredige verhouding staat tot de ernst van het tweede betalingsverzuim. X krijgt toch een proceskostenvergoeding van € 430,90 en de griffierechten van in totaal € 153 vergoed.

Aan belanghebbende, de heer X, is in 2010 een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting van € 22, alsmede - wegens een tweede verzuim - een boete van € 45 opgelegd. X stelt in bezwaar dat de boete in geen verhouding staat tot de naheffing en gematigd moet worden. X maakt daarom slechts € 1 over naar de Belastingdienst en € 44 naar giro 555 ten behoeve van de slachtoffers in Haïti. Rechtbank Leeuwarden stelt X in het ongelijk. X gaat in hoger beroep.

Hof Leeuwarden oordeelt dat de boete gelet op het doel daarvan in een evenredige verhouding staat tot de ernst van het tweede betalingsverzuim. Het maakt niet uit dat volgens het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst

tot 4 juli 2009 de boete niet hoger kon zijn dan de verschuldigde motorrijtuigenbelasting. Het recent loskoppelen van de hoogte van de boete en verschuldigde belasting past bij het versoepelen, vereenvoudigen en moderniseren van het MRB-boetebeleid. De inspecteur is echter in zijn uitspraak op bezwaar ten onrechte niet ingegaan op de argumenten van X. Vanwege dit motiveringsgebrek krijgt X wel een proceskostenvergoeding van € 430,90 en de griffierechten van in totaal € 153 vergoed.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Hof Leeuwarden

1

Gerelateerde artikelen