In de nota naar aanleiding van het verslag bij de Overige Fiscale Maatregelen 2021 geeft de Staatssecretaris van Financiën antwoord op de vragen van de leden van de Eerste Kamer.
In de nota naar aanleiding van het verslag bij de Overige Fiscale Maatregelen 2021 geeft de Staatssecretaris van Financiën antwoord op vragen van de leden van de Eerste Kamer over het vervroegen naar 1 november 2021 van het fictieve genietingsmoment voor levenslooptegoeden. Door het genietingsmoment naar voren te halen kan voor de berekening van de over 2022 verschuldigde belasting in box 3 worden uitgegaan van de waarde van de levensloopaanspraak na loonheffing. Het fiscale genietingsmoment is ook vervroegd omwille van de uitvoerbaarheid voor de instellingen. Indien deelnemers in de tweede helft van 2021 verlof uit het levenslooptegoed opnemen, wordt de uitkering over de maanden november en december uiterlijk op het fictieve genietingsmoment belast met loonheffing.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingrecht algemeen
Dossiers: Prinsjesdag 2020
Regelgevende instantie: Staten-Generaal
Editie: 7 december