Staatssecretaris Van Rij heeft de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel wijziging van de Wet milieubeheer in verband met de overgangsperiode bij de invoering van een mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens naar de Tweede Kamer gestuurd.

Met het wetsvoorstel wordt de verordening tot vaststelling van een mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens geoperationaliseerd. Deze verordening is nog niet definitief. Daarom is het op dit moment lastig om gedetailleerde antwoorden te geven op de nadere uitwerking en uitvoering van de volledige verordening. De precieze gevolgen van de Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM) voor het Nederlandse bedrijfsleven zijn hierdoor nog niet bekend.

Het kabinet acht het van belang dat lidstaten die verantwoordelijk zijn voor uitvoeringstaken van de CBAM, waarmee kosten en risico’s gepaard, daarvoor gecompenseerd worden. Ook wordt ingezet op een vorm van nationaal incasseren met enige vorm van centralisatie.

De uitfasering van de gratis ETS-rechten is gekoppeld aan de infasering van de CBAM. Het kabinet steunt de uitfasering in 10 jaar zoals voorgesteld door de Europese Commissie, mede omdat dit leidt tot mitigatie van het risico op exportlekkage.

Dit wetsvoorstel heeft uitsluitend betrekking op de overgangsfase die wordt voorzien. Voor de operationalisering voor de CBAM met ingang van 1 januari 2026 wordt een additioneel wetsvoorstel voorbereid.

Lees ook het thema Wetsvoorstel Wijziging Wet Milieubeheer in verband met overgangsperiode bij invoering CBAM (36205).

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Milieuheffingen

Dossiers: Prinsjesdag 2022

Regelgevende instantie: Staten-Generaal

10

Gerelateerde artikelen