Rechtbank Gelderland oordeelt dat X bv recht heeft op de afdrachtvermindering onderwijs. Met de documenten die X bv heeft overgelegd, maakt zij volgens de rechtbank aannemelijk dat de werknemers de beroepspraktijkvorming daadwerkelijk hebben gevolgd.

Belanghebbende, X bv, exploiteert een transportonderneming. Vanaf 2011 volgen de chauffeurs van X bv een opleidingstraject. X bv claimt in haar LB-aangiften de afdrachtvermindering onderwijs. De inspecteur is van mening dat X bv geen recht heeft op de afdrachtvermindering onderwijs. De inspecteur wijst er daarbij op dat de chauffeurs de opleiding hebben afgesloten zonder diploma.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat X bv recht heeft op de afdrachtvermindering onderwijs. De rechtbank verwijst daarbij naar de jurisprudentie van de Hoge Raad. Hieruit blijkt namelijk dat voor de toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs niet is vereist dat een werknemer een volledige beroepsopleiding volgt. De rechtbank merkt hierbij ook op dat het niet op de weg van de inspecteur of de belastingrechter ligt om in het kader van de toepassing van de WVA te beoordelen of een opleiding voldoet aan de eisen van de WEB. Wel kan worden beoordeeld of een werknemer de beroepspraktijkvorming (BPV) van de beroepsbegeleidende leerweg van een beroepsopleiding daadwerkelijk heeft gevolgd. Met de documenten die X bv heeft overgelegd, maakt zij volgens de rechtbank aannemelijk dat de werknemers de BPV daadwerkelijk hebben gevolgd. X bv heeft recht op toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 14

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

1

Gerelateerde artikelen