Belanghebbende, mevrouw X, is mede-oprichtster en bestuurder van H bv, die in 2010 failliet gaat. X en haar partner hadden ieder 50% van de aandelen. Volgens het handelsregister was X bestuurder vanaf de oprichting in 2008 tot 15 april 2009. De opgave inzake het aftreden van X is echter pas op 15 december 2009 door de Kamer van Koophandel ontvangen. In geschil is of X door de ontvanger terecht als bestuurder van H bv is aangemerkt en of X terecht voor € 25.806 aansprakelijk is gesteld voor de belastingschulden van H bv. X stelt dat zij nimmer bestuurshandelingen heeft verricht.
Rechtbank Breda oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat zij voor 15 december 2009 geen bestuurshandelingen heeft verricht. X is namelijk in de akte van oprichting tot bestuurder benoemd en ingeschreven in het handelsregister. X stelt niet dat dit zonder haar instemming is gebeurd. Het einde van haar bestuurderschap was pas op 15 december 2009. X stelt vergeefs dat zij reeds in april 2009 te kennen heeft gegeven geen bestuurder meer te willen zijn. X kan echter niet aansprakelijk zijn voor de belastingschulden, de invorderingsrente en kosten die na haar bestuur zijn ontstaan. De aansprakelijkstelling wordt mede daarom verlaagd tot € 14.197. Het beroep van X is in zoverre gegrond.