Belanghebbende, X, neemt in 2002 deel aan in totaal zes pokertoernooien in Frankrijk, Oostenrijk en de Verenigde Staten in de variant Texas Hold'em. Hij wint met die toernooien € 44.669 aan prijzen. De inspecteur legt X een naheffingsaanslag kansspelbelasting op van ruim € 11.000 en een boete van 50%. Als rechtbank Leeuwarden alleen de boete vernietigt, gaat X in hoger beroep.
Hof Leeuwarden weerlegt de stelling van X dat poker in de variant Texas Hold'em een behendigheidsspel is en niet een kansspel. Het Hof is het echter wel eens met de stelling van X dat de heffing van kansspelbelasting in dit geval in strijd is met het vrije verkeer van diensten, omdat prijzen behaald bij buitenlandse pokertoernooien, ongunstiger worden behandeld dan de prijzen behaald bij binnenlandse pokertoernooien die worden beschouwd als casinospel. Voor de belemmering van het vrije dienstenverkeer bestaat geen objectieve, evenredige rechtvaardigingsgrond, aldus het hof. Het Hof verklaart het hoger beroep van X gegrond en vermindert de heffingsgrondslag met de in Oostenrijk en Frankrijk gewonnen prijzen voor totaal € 43.360. X is alleen kansspelbelasting verschuldigd over de in de Verenigde Staten gewonnen prijs van € 1.309.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 56