X is een stichting die vier zogeheten kalvergierbewerkingsinstallaties exploiteert. X verzoekt de heffingsambtenaar van GBLT om bij de berekening van de vervuilingswaarde voor de zuiveringsheffing over 2018 en 2019 de zogeheten T-correctie toe te passen op het effluent van de vier KGBI’s. De heffingsambtenaar willigt de aanvraag van X gedeeltelijk in, met aanvullende en gewijzigde voorschriften. X maakt bezwaar tegen de hoogte van de grenswaarden voor het bezinkselvolume en onopgeloste bestanddelen. De heffingsambtenaar wijst dit bezwaar af, de grenswaarden zijn volgens hem niet onredelijk.
Rechtbank Overijssel oordeelt dat het beleid zoals neergelegd in het zogeheten protocol T-correctie van GBLT niet onredelijk is. De rechtbank komt tot dit oordeel gezien de toelichting die de heffingsambtenaar in het verweerschrift en op zitting heeft gegeven. De toepassing van het beleid door de heffingsambtenaar is volgens de rechtbank evenmin onredelijk. De heffingsambtenaar heeft de grenswaarden voor de bezinkbare bestanddelen en de onopgeloste bestanddelen in overeenstemming met het beleid bepaald aan de hand van de analysegegevens die het GBLT in de periode van 2016 t/m 2018 bij de vier KGBI’s heeft verzameld.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Overijssel
Editie: 22 februari