De inspecteur heeft in 2008 beslist dat de in concept voorgelegde pensioenregeling tussen X BV en A niet is aan te merken als een fiscaal zuivere pensioenregeling. In hoger beroep is in geschil of de in de regeling ingebouwde AOW-franchise voor een gehuwde persoon eraan in de weg staat de regeling aan te merken als een zuivere pensioenregeling.
Hof 's-Gravenhage oordeelt dat de inspecteur terecht heeft geoordeeld dat de voorgelegde pensioenregeling onzuiver is. X BV heeft gesteld dat zij met de overgelegde informatie aannemelijk heeft gemaakt dat in collectieve regelingen met een lagere AOW-franchise rekening wordt gehouden dan de volgens de collectieve gangbaarheidstoets voorgeschreven franchise voor een ongehuwde persoon. Als dit al juist zou zijn, kan dat X BV niet baten. De collectieve gangbaarheidstoets moet voorkomen dat bij pensioenopbouw in eigen beheer de buitengrenzen van het pensioengebouw worden opgezocht. Het gaat erom dat de pensioenopbouw in eigen beheer globaal niet ruimer bemeten is dan in een collectieve regeling. Slechts indien één of meer van de gangbaarheidstoetspunten in zodanige mate afwijken van hetgeen gangbaar is, dat kan worden geoordeeld dat de resultante een willekeurige en onredelijke belastingheffing is die de wetgever niet voor ogen kan hebben gestaan, is de collectieve gangbaarheidstoets onverbindend. X BV heeft onvoldoende gesteld en aannemelijk gemaakt om tot dat oordeel te geraken.