De heer X is vanaf eind 2011 houder van een personenauto die op diesel rijdt. De datum van eerste toelating is 7 september 1984. Tot en met 31 december 2013 hoeft X geen motorrijtuigenbelasting voor de auto te betalen. Op 1 januari 2014 is de leeftijdsgrens verhoogd naar 40 jaar. De overgangsregeling geldt alleen voor benzineauto's. In geschil is of X vanaf het eerste tijdvak na 1 januari 2014 terecht motorrijtuigenbelasting is verschuldigd. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de auto op 1 januari 2014 niet aan de nieuwe wettelijke regeling voor oldtimers voldoet zodat de vrijstelling terecht van rechtswege is komen te vervallen. X stelt vergeefs dat hij de auto destijds speciaal vanwege de vrijstelling in Duitsland heeft gekocht. De nieuwe wettelijke regeling is niet in strijd met het gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod in de zin van art. 26 IVBPR en art. 14 EVRM. Mede gelet op de explosieve groei van met name het aantal diesel-oldtimers is de wetgever binnen de ruime beoordelingsvrijheid gebleven. Er is voor dieselauto's uit milieuoverwegingen terecht ook geen overgangsregeling getroffen. X beroept zich voorts vergeefs op het recht op ongestoord genot van eigendom (art. 1 Eerste Protocol bij het EVRM). Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten 26
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 14
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 72
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant