Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat de inspecteur de btw-correcties terecht heeft gebaseerd op de omzetgegevens die zijn ontleend aan de derdenonderzoeken bij de vijf grootste afnemers van de heer X.

Belanghebbende, de heer X, exploiteert in 2008, 2009 en 2010 een groothandel in dieren(toebehoren). X heeft de groothandel per 1 februari 2008 overgenomen van zijn zoon. De activiteiten bestaan uit in- en verkoop van vogels, knaagdieren en verdere toebehoren. Een administratiekantoor verzorgt de btw-aangiften na telefonische opgaven door X. In geschil zijn de btw-naheffingsaanslagen over 2008, 2009 en 2010. Deze aanslagen zijn vastgesteld na een boekenonderzoek bij X en derdenonderzoeken bij zijn vijf grootste afnemers. Rechtbank Breda stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de inspecteur de correcties terecht heeft gebaseerd op de omzetgegevens die zijn ontleend aan de derdenonderzoeken bij de vijf grootste afnemers van X. Weliswaar heeft X in 2013 alsnog IB-aangften ingediend, maar hierin staan hogere omzetten dan waar de inspecteur vanuit is gegaan. Aangezien X aan zijn afnemers steeds 19% btw in rekening heeft gebracht, kan geen aanspraak meer worden gemaakt op de margeregeling (zie art. 28f Wet OB 1968). Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 28f

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 5 december

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen