Hof Amsterdam oordeelt dat de inspecteur terecht een informatiebeschikking heeft opgelegd aan X.

Belanghebbende, X, is het niet eens met een informatiebeschikking die de inspecteur aan hem heeft opgelegd.

Hof Amsterdam oordeelt dat de inspecteur terecht een informatiebeschikking heeft opgelegd aan X. Het door de inspecteur ontvangen renseignement bevat de correcte voornamen van X als (vermeende) rekeninghouder en van zijn zoon als (vermeende) betrokkene, alsmede het correcte nummer van het paspoort van X. De inspecteur kon zich in redelijkheid op het standpunt stellen dat X vermoedelijk houder van de bankrekeningen was/is en dat de door de inspecteur gevraagde informatie van belang kon zijn voor de belastingheffing. Verder is niet aannemelijk geworden dat X bij voortduring ernstige belemmeringen van medische aard ondervond dat hij op geen enkele manier in staat was medewerking te verlenen aan het informatieverzoek. Het hof komt verder tot de conclusie dat X zelf in het geheel geen inspanningen heeft geleverd om bescheiden op te vragen bij de bank. De informatiebeschikking is terecht genomen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 47

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 21 juni

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen