Advocaat-generaal Van Hilten neemt voor de tweede maal conclusie in de zaken Kamino International Logistics bv en Datema Hellman Wordwide  Logistics bv. 

Belanghebbenden, Kamino International Logistics bv en Datema Hellman Wordwide  Logistics bv, zijn douane-expediteurs en doen aangifte voor het vrije verkeer voor (tuin)paviljoens. Naar aanleiding van een controle na invoer bij A bv, worden aan belanghebbenden uitnodigingen tot betaling van douanerechten uitgereikt, zonder dat voorafgaand wordt gehoord. Bij de UTB wordt meegedeeld dat de motivering later volgt. Op prejudiciële vragen van de Hoge Raad oordeelt het HvJ EU (kort samengevat) dat het Europeesrechtelijke verdedigingsbeginsel rechtstreeks van toepassing is. Schending van dit beginsel leidt echter alleen tot nietigverklaring van het besluit wanneer de procedure zonder die schending een andere afloop had kunnen hebben (HvJ EU 3 juli 2014, nrs. C-129/13 en C-130/13, V-N 2014/36.6).

Advocaat-generaal Van Hilten neemt voor de tweede maal conclusie in de zaken Kamino International Logistics bv en Datema Hellman Wordwide  Logistics bv. De antwoorden van het HvJ EU op de vragen van de Hoge Raad geven de A-G aanleiding om wederom te concluderen. De A-G overweegt dat de beperking van het recht om (vooraf) te worden gehoord geen schending van het verdedigingsbeginsel oplevert. Het afzien van vooraf horen in Nederland dient het algemeen belang, te weten een snelle inning van de eigen middelen. Nu er de mogelijkheid bestaat om via de bezwaarfase de uitnodiging tot betaling geheel terug te draaien, en tijdens die bezwaarfase er automatisch uitstel van betaling wordt verleend, worden de rechten van de betrokkene niet in de kern aangetast. Van schending van het verdedigingsbeginsel is dan ook geen sprake, aldus de A-G. Voor het geval de Hoge Raad hier anders over denkt, besteedt de A-G nog wel aandacht aan de gevolgen die volgens het HvJ EU verbonden moeten c.q. kunnen worden aan schending van het verdedigingsbeginsel. Het criterium dat het HvJ EU geeft, namelijk dat nietigverklaring alleen aan de orde is ‘indien de procedure zonder schending een andere afloop had kunnen hebben' acht de A-G onduidelijk.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Europees belastingrecht

Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)

Editie: 9 april

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen