De Eerste Kamer heeft op 6 december 2022 het wetsvoorstel Wijziging van de Wet toezicht trustkantoren 2018 in verband met maatregelen om trustdienstverlening in gevallen met hoge integriteitrisico’s te verbieden aanvaard. Het wetsvoorstel is als hamerstuk afgedaan.
Met dit wetsvoorstel is ervoor gekozen de trustdienst “om ten behoeve van een cliënt gebruik te maken van een doorstroomvennootschap” te schrappen en tegelijkertijd in de wet een algeheel verbod op te nemen voor het beroeps- of bedrijfsmatig gebruikmaken van doorstroomvennootschappen. Van dit verbod kan vrijstelling worden verleend. Ook verbiedt het wetsvoorstel dienstverlening door trustkantoren, indien de cliënt, de doelvennootschap of de uiteindelijk belanghebbende van de cliënt of doelvennootschap woonachtig of gevestigd is of zijn zetel heeft in een derde-hoogrisicoland. Ten slotte introduceert het wetsvoorstel een verbod dat ziet op dienstverlening aan cliënten, doelvennootschappen, uiteindelijk belanghebbenden van cliënten en doelvennootschappen uit landen die op de lijst van non-coöperatieve landen op belastinggebied staan. Opdat trustkantoren hun huidige dienstverlening in lijn kunnen brengen met genoemde verboden, geldt een inlooptermijn van zes maanden na inwerkingtreding van het wetsvoorstel.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal ondernemingsrecht