Nederland heeft bij een vergadering van de Europese verkeersministers opnieuw opgeroepen om een gezamenlijke Europese vliegbelasting in te voeren.
Volgens Minister van Verkeer Van Nieuwenhuizen is een EU-vliegbelasting nodig om te voorkomen dat er een wirwar aan verschillende heffingen in de EU ontstaat nu steeds meer landen een eigen belasting invoeren. Dat leidt volgens de minister tot een ongelijk speelveld en is minder effectief voor het milieu.
In de EU hebben zes landen nu een vliegbelasting: Frankrijk, Duitsland, Italië, Zweden, Oostenrijk en Groot-Brittannië. Het gaat om heffingen op de tickets. België is voorstander van een belasting op kerosine. Die vliegbrandstof is in de Europese luchtvaart uitgezonderd van accijnzen. Volgens recent onderzoek zou zo'n belasting leiden tot 11 procent minder CO2-uitstoot.
Het kabinet wil in 2021 een vliegbelasting invoeren, maar is voorstander van een Europees systeem. Staatssecretaris Menno Snel (Financiën) heeft het onderwerp al eerder aangekaart bij de EU-ministers van Financiën.
Op 20 en 21 juni organiseert Nederland een internationale CO2-conferentie waar de vliegbelasting ook aan de orde komt. Van Nieuwenhuizen nodigde al haar EU- collega’s uit voor deze conferentie.
Bron: ANP
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Europees belastingrecht