Vanaf 2015 is het pensioengevend salaris waarvoor de omkeerregel geldt, afgetopt op € 100.000. Daarboven kan een deelnemer sparen voor een 'nettopensioen'. Dit is een in box 3 vrijgestelde aanspraak. Staatssecretaris Jetta Klijnsma van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft op 13 juni jl. de tweede nota van wijziging naar de Tweede Kamer gestuurd. Met deze wijziging moeten bedrijfstak- en beroepspensioenfondsen het nettopensioen verplicht aanbieden. Het staat deelnemers vrij het aanbod naast zich neer te leggen. Deelname geschiedt op basis van vrijwilligheid. Het wetsvoorstel Verzamelwet Pensioenen 2014 is op 3 juli jl. door de Tweede Kamer aangenomen.
Commentaar
De Regering bleef tot voor kort vast houden aan het begrip 'nettolijfrente' voor een oudedagsvoorziening in de 2e pijler (werkgever/werknemer-sfeer). Van oudsher wordt de aanduiding 'pensioen' gebruikt voor een oudedags- en nabestaandenvoorziening in de 2e pijler. Tweede Kamerlid Omtzigt vindt dat het daarom beter is te spreken over 'nettopensioen'. Het door hem daartoe ingediende amendement is aangenomen. Daarmee is een einde gekomen aan de begripsverwarring. Een ander wetsvoorstel rond de nettolijfrente in de 3e pijler is onlangs door de Eerste Kamer aangenomen.
Stelsel oudedagsvoorzieningen vanaf 2015:
1e pijler | 2e pijler Pensioenwet van toepassing) | 3e pijler (Pensioenwet n.v.t.) | |
Box 1 | AOW | Pensioenopbouw tot € 100.000* volgens de omkeerregel | Lijfrenteaftrek (inhaal)jaarruimte tot € 100.000* |
Box 3 (vrijstelling) | Nettopensioen (pensioenopbouw vanaf € 100.000*) | Nettolijfrente (opbouw vanaf € 100.000*) |
(*) Op het (geïndexeerde) bedrag moet de franchise nog in mindering worden gebracht.
Bron: Fiscaal Juridisch Adviesbureau Nationale Nederlanden
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Pensioenen