Belanghebbende, X, werkt in loondienst totdat zijn werkgever hem in juli 2004 eervol ontslag verleent. Na een juridische procedure sluit X een overeenkomst over de afwikkeling van het arbeidscontract. In de overeenkomst wordt bepaald dat de werkgever de juridische kosten van X vergoedt tot een maximumbedrag van € 6000 exclusief btw. In de jaren 2006 en 2007 geniet X resultaat uit overige werkzaamheden. In geschil is of X in deze jaren de advocaatkosten in mindering op zijn resultaat mag brengen.
Hof Arnhem-Leeuwarden (MK III, 2 juli 2013, 12/00231 en 12/00232, V-N 2013/43.1.2) oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat de advocaatkosten die hij heeft gemaakt betrekking hebben op het resultaat uit overige werkzaamheden. X heeft geen verband aan kunnen geven tussen de advocaatkosten en het behaalde resultaat uit overige werkzaamheden. De internetsite van het advocatenkantoor, een brief van de advocaat van X, noch de facturen bevatten enige aanwijzing dat de gefactureerde kosten op iets anders betrekking hebben dan op juridische bijstand bij de ontslagprocedure. Het hoger beroep van X is wel gegrond omdat de inspecteur het bezwaarschrift van X onterecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.90