Belanghebbende, X bv, is de moedermaatschappij van een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting met zes dochtermaatschappijen. De inspecteur legt aan X bv naheffingsaanslagen loonheffingen op over de maanden maart 2013 en maart 2014. In deze naheffingsaanslagen zijn aanzienlijke bedragen aan niet-betaalde (verlengde) crisisheffing begrepen.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat de (verlengde) crisisheffing in het geval van X bv niet leidt tot een individuele buitensporige last. Ondanks de hoogte van de heffing en het sterk negatieve bedrijfsresultaat van X bv acht de rechtbank het niet aannemelijk dat X bv alle in redelijkheid te verlangen middelen heeft ingezet en dat dit niet voldoende is of zal zijn om haar continuïteit te verzekeren en dat de continuïteit in gevaar komt als gevolg van de crisisheffing. De overige grieven van X bv tegen de crisisheffing als zodanig, falen gelet op HR 29 januari 2016 (nr. 15/00340, V-N 2016/7.17 en nr. 15/03090, V-N 2016/7.18 en J. Nietveld, Crisisheffing mag van Hoge Raad, TaxVisions editie 5 februari 2016). De rechtbank vermindert wel de verzuimboete 2013 vanwege overschrijding van de redelijke termijn.
Lees ook het thema Algemeen: Thema Eindheffingen: Loonbelasting heffen van de werkgever.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 32bd
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 6 oktober