Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat beide aanslagen rechtsgeldig aan X bekend zijn gemaakt. De bezwaren zijn terecht wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk verklaard. De verzoeken om ambtshalve vermindering zijn terecht afgewezen wegens het overschrijden van de vijfjaarstermijn.

X heeft de Nederlandse nationaliteit, maar woont in Duitsland. Hij is eigenaar van drie in Nederland gelegen onroerende zaken. Aan X zijn over 2012 en 2013 ambtshalve IB-aanslagen opgelegd met verzuimboeten van elk € 4920. Pas in 2020 verzoekt X om de betreffende aanslagen en de boeten te vernietigen. In geschil is of de bezwaren terecht wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk zijn verklaard en of de verzoeken om ambtshalve vermindering terecht zijn afgewezen wegens het overschrijden van de vijfjaarstermijn. Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep. Inmiddels staat vast dat de aanslag van 2012 X destijds wel heeft bereikt, omdat hij er toen ook al vergeefs bezwaar tegen heeft gemaakt.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat beide aanslagen rechtsgeldig aan X bekend zijn gemaakt, omdat de inspecteur aannemelijk maakt dat het poststuk met de aanslag van 2013 aan PostNL is aangeboden. X maakt niet aannemelijk de aanslag van 2013 niet te hebben ontvangen. Beide bezwaren zijn terecht wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk verklaard. De verzoeken om ambtshalve vermindering zijn terecht afgewezen. X stelt vergeefs dat de ontvanger bewust vijf jaar heeft gewacht met het nemen van incassomaatregelen. Uit de gedingstukken volgt namelijk dat er in 2015 eerst een aanmaning is gestuurd en vervolgens een dwangbevel aan X is betekend. De termijnoverschrijding is dus niet verschoonbaar. Het hoger beroep van X is ook voor het overige ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 9.6

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 6 februari

Informatiesoort: VN Vandaag

357

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen