Belanghebbende, X, verricht in de periode 1 mei t/m 31 december 2009 werkzaamheden bestaande uit het verlenen van juridisch advies. In geschil is onder meer of X voldoet aan het urencriterium.
Hof Den Haag oordeelt dat X niet voldoet aan het urencriterium voor de zelfstandigenaftrek en niet in aanmerking komt voor een aftrekpost voor scholingsuitgaven en/of opleidingskosten. X heeft een aanzienlijk bedrag aan omzet verzwegen en heeft aanzienlijke kosten ten onrechte in aftrek gebracht. Dit is voor het hof voldoende reden voor omkering van de bewijslast. X heeft met de algemene weekstaten die bovendien veel indirecte uren bevat niet doen blijken dat hij aan het urencriterium voldoet. Wat betreft de scholingsuitgaven/opleidingskosten heeft X geen orde in de door hem gecreëerde chaos weten te scheppen; gelet op de geclaimde dubbele aftrekken, de onduidelijkheden en een dubieuze factuur heeft hij niet voldaan aan de verzwaarde bewijslast. Het hof acht de vergrijpboete terecht aangezien X als fiscalist lichtvaardig heeft gehandeld. Het hoger beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.76
Wet inkomstenbelasting 2001 3.6