Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X Ltd. in Nederland is gevestigd. Volgens de rechtbank maakt de inspecteur aannemelijk dat de werkelijke leiding van X Ltd. door A vanuit Nederland wordt uitgeoefend. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

Belanghebbende, X Ltd., is in juni 1998 opgericht naar het recht van Gibraltar. De aandelen worden gehouden door Jyske Bank (Gibraltar) Nominees Ltd en Jyske Bank (Gibraltar) Management Limited. In september 1998 wordt een bankrekening ten name van X Ltd. geopend en wordt verzocht om de correspondentie aan A, de beneficial owner van X Ltd., te richten. De inspecteur is van mening dat X Ltd. in Nederland is gevestigd en legt (navorderings)aanslagen VPB op aan X Ltd. Rechtbank Gelderland oordeelt dat X Ltd. in Nederland is gevestigd. Volgens de rechtbank maakt de inspecteur aannemelijk dat de werkelijke leiding van X Ltd. niet wordt uitgeoefend door het in Gibraltar gevestigde statutaire (formele) bestuur, maar door A vanuit Nederland. De aanslagen blijven in stand.

Hof Arnhem-Leeuwarden (MK II, 27 januari 2015, 13/01216 t/m 13/01224, V-N 2015/20.2.1) bevestigt het oordeel van de rechtbank dat X Ltd. in Nederland is gevestigd. Volgens het hof doet het feit dat slechts mocht worden belegd in producten van Jyske Bank of een met Jyske Bank verbonden bank, niet af aan de verder onbeperkte beleggingskeuzevrijheid van A. Het hof stelt verder ook nog vast dat de inspecteur terecht gebruik heeft gemaakt van de navorderingstermijn van twaalf jaar. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 4

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 14 juni

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen