De Hoge Raad oordeelt dat het hof de stelling van X, dat hij nooit een nota griffierecht heeft ontvangen, mogelijk ten onrechte heeft verworpen.

Belanghebbende, X, stelt hoger beroep in tegen een uitspraak van de rechtbank inzake zijn WOZ-beschikking. Hof 's-Gravenhage verklaart het hoger beroep op 25 mei 2012 niet-ontvankelijk wegens het niet betalen van het verschuldigde griffierecht. In verzet stelt X dat hij geen nota griffierecht heeft ontvangen. Het hof verwerpt deze stelling omdat uit informatie, ingewonnen op de website van PostNL, blijkt dat het poststuk met de nota griffierecht, gedateerd 22 september 2011, op 26 september 2011 is afgehaald op een afhaallocatie.  

De Hoge Raad oordeelt dat het hof de stelling van X, dat hij nooit een nota griffierecht heeft ontvangen, mogelijk ten onrechte heeft verworpen. Weliswaar heeft het hof vastgesteld dat X een aangetekend schrijven van 22 september 2011 op 26 september 2011 heeft ontvangen, maar daarmee is nog geen oordeel gegeven over de stelling van X dat bij dit schrijven de nota griffierecht ontbrak. Uit de informatie die het hof bij PostNL heeft ingewonnen is niet af te leiden of het poststuk van 22 september 2011 een bijlage bevatte in de vorm van de nota griffierecht. De stukken van het geding geven hier evenmin duidelijkheid over. De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep van X gegrond en verwijst de zaak naar Hof Den Haag voor een hernieuwde beoordeling van het verzet.  

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:41

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 16 december

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen