X is eigenaar van een tussenwoning uit 1927. X bepleit verlaging van de WOZ-waarde 2017 van € 408.000 naar € 278.000.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de WOZ-waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld. De referentiewoningen uit de taxatiematrix van de gemeente zijn voldoende vergelijkbaar met de woning van X. Met de verschillen tussen de referentieobjecten en de woning is voldoende rekening gehouden. Referentieobjecten die beter scoren op kwaliteit en onderhoud hebben een duidelijk hogere m²-prijs en referentieobjecten die hetzelfde of minder goed scoren op kwaliteit en onderhoud een lagere m²-prijs. Nu het door X overgelegde taxatierapport het onderhoud van de woning zowel binnen als buiten als ‘voldoende’ omschrijft, acht het hof aannemelijk dat de heffingsambtenaar door het onderhoud als ‘matig’ te kwalificeren voldoende rekening heeft gehouden met het (iets) mindere onderhoud van de woning. Het door X in het geding gebrachte taxatierapport doet hieraan niet af. In dit rapport is onder meer uitgegaan van de waardepeildatum en toestandsdatum 17 juli 2015 in plaats van 1 januari 2016. Daarnaast zijn vijf van de zes referentieobjecten meer dan een jaar voor de waardepeildatum verkocht.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17