Hongarije kent een bijzondere belasting voor de telecommunicatiesector. Volgens Vodafone Magyarország Mobil Távközlési Zrt. is deze belastingheffing discriminerend omdat zij ertoe leidt dat de effectieve belastingdruk komt te rusten op belastingplichtige personen die in buitenlandse handen zijn. Ook leidt de tariefstructuur volgens Vodafone tot discriminatie. De Hongaarse rechter stelt prejudiciële vragen in deze zaak.
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat de Hongaarse bijzondere belasting voor de telecommunicatiesector niet in strijd met het EU-recht is. Dat de effectieve last van deze progressieve belasting over de omzet hoofdzakelijk wordt gedragen door niet-ingezeten ondernemingen, is niet van belang. Die ondernemingen behalen op de markt in kwestie namelijk de grootste omzetten. Ook verzet het zich er niet tegen dat de belasting periodiek en niet in elke fase van het productie- en distributieproces wordt geheven over de totale omzet van de belastingplichtige, zonder dat deze het recht heeft om de belasting af te trekken die in de vorige fase van dat proces is voldaan.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 54
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 49
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Editie: 5 maart