Rechtbank Gelderland oordeelt dat de heffingsambtenaar niet naar vermogen de door X gezaaide twijfel wegneemt. Dit leidt tot onverbindendheid van de verordening.

X vraagt een watervergunning aan op basis van de Keur van het waterschap voor de sloop van een bestaand gebouw en de nieuwbouw van zorgappartementen in de beschermingszone van de primaire waterkering. De heffingsambtenaar legt een nota leges op van € 50.000. X komt in beroep en stelt onder andere dat sprake is van overschrijding van de opbrengstlimiet.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de legesverordening onverbindend moet worden verklaard en de vernietigt de aanslag. De heffingsambtenaar voldoet aan de verplichting om inzage in de kostendekking van de vergunningverlening te verschaffen. Hij moet echter ook de door X opgeworpen twijfel over de juistheid van kostenramingen naar vermogen wegnemen. Het is in beginsel niet nodig dat elk bedrag volledig wordt verantwoord, maar het had wel op zijn weg gelegen inzage te verlenen in de gebruikte onderliggende berekeningen om controle hierop mogelijk te maken of om uit te leggen hoe de post Doorbelasting afdelingskosten op € 3.377.010 is geraamd. Dat de heffingsambtenaar niet van alle afzonderlijke posten op controleerbare wijze hoeft vast te leggen hoe die zijn geraamd betekent niet dat hij helemaal niets hoeft te doen. De vraag of de raming klopt en of sprake is van een redelijke raming komt pas bij de feitenvaststelling, aan de orde. In deze zaak komt de rechtbank daar niet aan toe, omdat de heffingsambtenaar geen feiten aandraagt over de totstandkoming van de bedragen. Dit leidt ertoe dat de heffingsambtenaar de gezaaide twijfel niet wegneemt en niet kan worden vastgesteld of de opbrengstlimiet is overschreven.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Waterschapswet 115

Instantie: Rechtbank Gelderland

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Editie: 14 februari

Informatiesoort: VN Vandaag

117

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen