Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de Luxemburgse SA onvergelijkbaar is met in Nederland gevestigde FBI's beleggingsinstellingen. X heeft dan geen aanspraak op teruggaaf van DB. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Het Luxemburgse beleggingsfonds X SA verzoekt om teruggaaf van DB over 2006-2012. De inspecteur wijst dit verzoek af.

Hof ’s-Hertogenbosch (V-N 2023/41.1.6) oordeelt, onder verwijzen naar zijn uitspraak van 18 januari 2023, 20/00144, V-N 2023/18.1.3 betreffende een naar Duits recht opgericht Publikum Sondervermögen, dat X onvergelijkbaar is met in Nederland gevestigde fiscale beleggingsinstellingen. X heeft dan geen aanspraak op teruggaaf van DB. In zijn uitspraak van 26 oktober 2022, 21/00402, V-N 2022/51.6 heeft het hof met betrekking tot een Duits beleggingsfonds (icbe) geoordeeld dat er systeemverschillen bestaan tussen Duitsland en Nederland bij de belastingheffing over dividendinkomsten. Volgens het hof kunnen, bij gebrek aan harmonisatie, de nadelen van dergelijke systeemverschillen niet door middel van een beroep op de verkeersvrijheden uit het EU-verdrag worden weggenomen; daarvoor is harmonisatie vereist. Mutatis mutandis is dit ook van toepassing op de Luxemburgse X SA. Ook Luxemburg kiest er namelijk voor om aandeelhouders die niet in Luxemburg wonen of zijn gevestigd, niet in de heffing te betrekken ter zake van uit Nederland stammend dividendinkomen. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Lees ook het thema Beleggingsinstellingen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de dividendbelasting 1965 11a

Wet op de dividendbelasting 1965 10

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 63

Verdrag betreffende de Europese Unie 56

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 28

Instantie: Hoge Raad

Rubriek: Dividendbelasting, Vennootschapsbelasting

Editie: 24 september

Informatiesoort: VN Vandaag

163

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen