Staatssecretaris De Vries heeft de memorie van antwoord bij het wetsvoorstel Wet hersteloperatie toeslagen naar de Eerste Kamer gestuurd. Hierin staat dat het samenbrengen van de herstelmaatregelen in één wetsvoorstel als zodanig niet leidt tot een versnelling of vereenvoudiging van de hersteloperatie, maar tot ongedaanmaking van versnippering van regelgeving.
In de Memorie van antwoord is een tabel opgenomen waaruit blijkt welke onderdelen van het wetsvoorstel van de Awir worden verplaatst naar dit wetsvoorstel, welke onderdelen codificatie van beleidsbesluiten of bestaande praktijk betreffen en welke onderdelen nieuw beleid betreffen. De nieuwe regelingen zijn de regeling voor gedupeerden in de huurtoeslag, zorgtoeslag en het kindgebonden budget en de kindregeling.
Het wetsvoorstel bevat geen horizonbepaling. De reden hiervoor is dat nu niet valt te zeggen op welk moment dit wetsvoorstel geen doel meer dient. Het kabinet zal een voorstel van wet indienen tot intrekking van het wetsvoorstel op het moment dat de hersteloperatie toeslagen is afgerond.
De ex-partnerregeling is niet in dit wetsvoorstel opgenomen. Het kabinet werkt nog aan een aanvullend wetsvoorstel waarmee een regeling voor ex-partners aan de Wet hersteloperatie toeslagen wordt toegevoegd. De verwachting is dat dit wetsvoorstel in april 2023 wordt ingediend bij de Tweede Kamer met een beoogde datum van inwerkingtreding van 1 juli 2023.
Lees ook het thema: Wet hersteloperatie toeslagen.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet
Regelgevende instantie: Staten-Generaal