Staatssecretaris Van Rij heeft de memorie van antwoord bij het wetsvoorstel Wet tijdelijke solidariteitsbijdrage aangeboden aan de Eerste Kamer. Hieruit blijkt dat ten aanzien van de buitengewone inkomsten bij elektriciteitsproducenten binnenkort een wetsvoorstel inframarginale heffing wordt ingediend.

De staatssecretaris beantwoordt daarnaast twee technische vragen van de NOB. De constatering van de NOB dat buitenlandse winsten, die als gevolg van de regeling voor inhaalverliezen van vóór 2012 van art. 33b Wet VPB 1969 worden betrokken in de winst voor de vennootschapsbelasting van 2022, eveneens deel uitmaken van de grondslag voor de solidariteitsbijdrage, is juist. De kans dat deze situatie zich voordoet, is echter beperkt gelet op de tot en met 2021 geldende verliesverrekeningsregels.

Dat de voorgestelde solidariteitsbijdrage van toepassing kan zijn op meerdere boekjaren is bewust. Het kabinet heeft het noodzakelijk geacht om daar waar arbitragemogelijkheden voorzienbaar zijn aanvullende bepalingen op te nemen. Zo is de definitie van bijdragejaar zo vormgegeven dat deze van toepassing is op elk boekjaar dat aanvangt in het kalenderjaar 2022. Op deze wijze wordt voorkomen dat door het tussentijds wijzigen van het lopende boekjaar 2022 de solidariteitsbijdrage wordt ontweken.

De verwachte opbrengst van de solidariteitsbijdrage bedraagt in 2022 € 3,2 miljard.

Lees ook het thema Wetsvoorstel Wet tijdelijke solidariteitsbijdrage (36235).

Wetsartikelen:

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 33b

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Vennootschapsbelasting

Dossiers: Prinsjesdag 2022

Regelgevende instantie: Staten-Generaal

5

Gerelateerde artikelen