Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de BTW-naheffing over 2016 ziet op de afgetrokken voorbelasting van openstaande crediteuren, waarvan een deel mogelijk al in 2015 nageheven had moeten worden. Dit kan echter in het midden blijven, omdat X bv door het toerekenen aan 2016 minder belastingrente hoeft te betalen.

X bv fraudeert jarenlang door onterechte BTW-teruggaven te claimen. Zij is hiervoor ook al strafrechtelijk veroordeeld. In geschil zijn de naheffingsaanslagen over 2012 tot en met 2016.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de naheffing over 2016 ziet op de afgetrokken voorbelasting van openstaande crediteuren, waarvan een deel mogelijk al in 2015 nageheven had moeten worden. Dit kan echter in het midden blijven, omdat X bv door het toerekenen aan 2016 minder belastingrente hoeft te betalen, wat dus in haar voordeel is. Aan de naheffing over 2013 van € 7780 liggen verschillende correcties ten grondslag. Het is niet uit te sluiten dat hierin dubbeltellingen zitten, zodat de naheffing wordt verlaagd tot wat daadwerkelijk aan teruggaven is ontvangen, zijnde € 7019. Het beroep van X bv is slechts in zoverre gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 29

Wet op de omzetbelasting 1968 15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting, Belastingrecht algemeen, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 25 januari

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen