De Nationale ombudsman acht het onbehoorlijk dat een gemeente na een succesvol hoger beroep van een vakantieparkbewoner weigert de leges van de andere bewoners die niet hebben doorgeprocedeerd terug te betalen. 

Belanghebbende, X, is bewoner van een recreatiepark in de gemeente Berkelland. Hij en de andere bewoners vragen de gemeente om vrijstelling voor permanente bewoning. Zeven bewoners krijgen voor de aanvraagprocedure een legesaanslag van € 950 waar zij tevergeefs bezwaar tegen maken. Eén bewoner procedeert door en krijgt in hoger beroep gelijk van Hof Arnhem die de aanslag wegens strijd met het gelijkheidsbeginsel vernietigt.

De Nationale ombudsman acht het onbehoorlijk dat een gemeente na een succesvol hoger beroep van een vakantieparkbewoner weigert de leges van de andere bewoners die niet hebben doorgeprocedeerd terug te betalen. De ombudsman treedt in beginsel niet in de behoorlijkheid van besluiten waartegen bezwaar en beroep open heeft gestaan. In dit geval maakt de ombudsman echter een uitzondering. Uit de hofuitspraak volgt dat het gelijkheidsbeginsel niet alleen is geschonden bij het opleggen van de leges aan de persoon die beroep instelde. Het staat buiten kijf dat X en de andere bewoners de leges wel terug zouden hebben gekregen als zij ook hadden doorgeprocedeerd. Het getuigt daarom niet van een coulante opstelling om de andere bewoners die als een gelijk geval beschouwd kunnen worden niet terug te betalen. De gemeente heeft naar aanleiding van het onderzoek van de Nationale Ombudsman besloten de leges alsnog terug te betalen.

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 65

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Nationale ombudsman

Editie: 7 maart

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen