Het belastingpakket 2018 bestaat uit vier wetsvoorstellen: het Belastingplan 2018, Overige fiscale maatregelen 2018, de afschaffing van de btw-landbouwregeling en het wetsvoorstel inhoudingsplicht houdstercoöperatie en uitbreiding inhoudingsvrijstelling. Hieronder staan alle maatregelen op het gebied van invordering.
  • Nieuwe aansprakelijkheidsbepaling voor pand- en hypotheekhouders en executanten: Voorgesteld wordt om een nieuwe aansprakelijkheidsbepaling voor pand- en hypotheekhouders en executanten te introduceren. Het voorstel regelt dat de pand- of hypotheekhouder of executant die zich verhaalt op de opbrengst van de zaak, aansprakelijk wordt voor het bedrag dat ter zake van die levering aan omzetbelasting is verschuldigd. Het gaat om die gevallen waarin de verleggingsregeling niet van toepassing is. Beoogde invoeringsdatum: 1 januari 2018.
Vereenvoudigen derdenbeslag
  • Het wordt mogelijk ook op andere geldvorderingen dan de vordering op de werkgever (loonvordering) of de uitkeringsinstantie zonder tussenkomst van de derdenbeslag te leggen. Het gaat daarbij om alle vorderingen voor zover deze vatbaar zijn voor beslag,  ook vorderingen op derden die de belastingschuldige uit een reeds bestaande rechtsverhouding rechtstreeks zal verkrijgen. Volstaan kan worden met een vooraankondiging aan de belastingschuldige, gevolgd door een beschikking van de ontvanger.  De maatregel treedt  per 1 januari 2019 in werking en is ook van toepassing op belastingschulden die zijn ontstaan voor 1 januari 2019.
Vervallen schorsende werking fiscaal verzet
  • Als fiscaal verzet is gedaan, wordt de tenuitvoerlegging van het dwangbevel op grond van de wet automatisch opgeschort totdat op het verzet is beslist. Om het oneigenlijke gebruik van fiscaal verzet als vertragingsmiddel te bestrijden en onnodig hoge kosten voor de Belastingdienst in de toekomst te voorkomen, zal de schorsende werking met ingang van 2018 vervallen. 
Uitbreiding mededelingsplicht bodemzaak
  • Pandhouders en andere derden die het voornemen hebben handelingen te (laten) verrichten die tot gevolg hebben dat een bodemzaak niet langer als bodemzaak kwalificeert, moeten dit melden aan de Belastingdienst. Na de melding volgt een periode van vier weken waarin zij geen van deze handelingen mogen uitvoeren, op straffe van de verplichting de executiewaarde van de bodemzaak aan de Belastingdienst af te dragen.  Voorgesteld wordt die mededelingsplicht voortaan ook voor de belastingschuldige te laten gelden, om  frustratie van het bodem(voor)recht te voorkomen.

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Invordering

Dossiers: Prinsjesdag 2017

Editie: 19 september

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen