De casuïstiek en beschreven btw-behandeling voor de Belgische rechtsfiguur Organisme voor de Financiering van Pensioenen (OFP) is vergelijkbaar met de Nederlandse premiepensioeninstelling (PPI). Er is sprake van een collectief beleggingsfonds waarvoor het beheer is vrijgesteld van btw. Dit schrijft staatssecretaris Snel van Financiën in een brief aan de Tweede Kamer. Hiermee informeert Snel de Kamer over de bij hem bekende casuïstiek over btw en pensioenen. Er ligt geen casuïstiek ten aanzien van andere lidstaten of beleggingsvehikels ter beoordeling voor.

Daarnaast gaat Snel in op de reikwijdte van het richtlijnvoorstel belastingheffing in de digitale economie. Dit voorstel is van toepassing op EU-vennootschappen én niet-EU-vennootschappen in een land zonder belastingverdrag. Ter zake van belastingheffing in relatie tot niet-EU-vennootschappen die gevestigd zijn in een land waarmee wel een belastingverdrag is afgesloten, zijn de bepalingen in het betreffende belastingverdrag van toepassing. Deze belastingverdragen bevatten nog geen bepaling op basis waarvan heffingsrechten worden toegewezen aan het land waar de onderneming een significante digitale aanwezigheid heeft. Vanwege het beginsel van goede verdragstrouw is het niet mogelijk belasting te heffen op basis van een significante digitale aanwezigheid van een onderneming zonder aanpassing van het verdrag. In dit verband beveelt de Commissie de lidstaten aan om – na een akkoord over de langetermijnoplossing – de belastingverdragen met derde landen aan te passen.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Omzetbelasting, Internationaal belastingrecht

Editie: 26 juni

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen