Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de rechtbank het beroep van X ten onrechte vanwege het ontbreken van procesbelang niet-ontvankelijk heeft verklaard.

Belanghebbende, X, gaat in bezwaar en beroep tegen een WOZ-beschikking 2014 van de gemeente Geldrop-Mierlo. Nadat partijen op de zitting overeenstemming hebben bereikt over de waarde, verklaart Rechtbank Oost-Brabant het beroep van X niet-ontvankelijk.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de rechtbank het beroep van X ten onrechte vanwege het ontbreken van procesbelang niet-ontvankelijk heeft verklaard. Het hof volgt de lezing van partijen dat zij op de zitting bij de rechtbank nog geen overeenstemming hadden bereikt over de vergoeding van de kosten van bezwaar en beroep. Daarbij gaat het hof voorbij aan niet-gecorrigeerde handgeschreven zittingsaantekeningen van het verhandelde ter zitting bij de rechtbank. Deze (deels onleesbare) kladaantekeningen van de griffier merkt het hof niet aan als een proces-verbaal van de zitting. Het hof oordeelt dat de rechtbank het beroep van X ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard. De heffingsambtenaar wenst de kosten van het hoger beroep van X niet voor zijn rekening te krijgen, omdat deze kosten een door de rechtbank veroorzaakte schade betreffen. Het hof kan de Staat evenwel niet veroordelen tot vergoeding van deze schade en verwijst de heffingsambtenaar naar de burgerlijke rechter.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:114

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Algemene wet bestuursrecht 8:61

Algemene wet bestuursrecht 7:15-2

Algemene wet bestuursrecht 1:2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 15 maart

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen