De heer X is houder van een personenauto met geschorst kenteken. Op 5 september 2009 is geconstateerd dat X toch met de auto op de openbare weg reed. In geschil zijn de mrb-naheffing ad € 366 voor de tijdvakken gelegen in de periode 22 januari 2009 tot en met 8 september 2009 en de 100% verzuimboete. Rechtbank 's-Gravenhage verlaagt de boete tot € 183. X stelt in hoger beroep dat hij door overmacht de auto één keer heeft gebruikt. X wilde een kenteken achterhalen van een verdachte auto.
Hof 's-Gravenhage oordeelt dat X niet was genoodzaakt van de auto gebruik te maken en dat dus geen sprake was van een overmachtsituatie. Het handelen van X was weliswaar begrijpelijk, maar X had zonder bezwaar kunnen afzien van zijn "opsporingsactiviteiten". Het maakt voorts niet uit dat de naheffing ook een periode beslaat waarin vanwege een reparatie niet met de auto kon worden gereden. De boete hoeft gezien de omstandigheden niet verder te worden gematigd. Het beroep van X is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Hof 's-Gravenhage
Editie: 13 februari