Indien een verzoek om inzage in de Fraude Signalering Voorziening (FSV) wordt afgewezen, kunnen daartegen rechtsmiddelen worden aangewend. Dat antwoordt staatssecretaris Van Rij op vragen van de Kamerleden Alkaya en Leijten over de afwijzing van een inzageverzoek in FSV.

Wanneer iemand een inzageverzoek doet, wordt bij de behandeling zo mogelijk een overzicht van de gegevens verstrekt die in de FSV stonden. Als een uitzonderingsgrond aan inzage in de weg staat, wordt dat zo zorgvuldig mogelijk gemotiveerd. Er zijn twee uitzonderingsgronden beschreven waarom mensen niet worden geïnformeerd over hun registratie in FSV. Dit betreft een uitzondering voor de veiligheid van medewerkers en derden, en een uitzondering in geval van zwaarwegende juridische of toezicht- en opsporingsbelangen.

Ook geeft de AVG volgens de staatssecretaris in sommige, zeer specifieke, gevallen gronden op basis waarvan betrokkenen geen inzage of informatie kunnen krijgen. In dat geval wordt een beroep gedaan op de uitzondering ex art. 23 AVG en art. 41 UAVG. Uitzonderingsgronden zijn bijvoorbeeld belangrijke economische of financiële (waaronder fiscale) belangen van de Europese Unie of van Nederland, het kunnen uitvoeren van een toezichtstaak of de bescherming van derden.

In het eerste kwartaal van 2022 komt de staatssecretaris terug op het vraagstuk of, en zo ja hoe, het schenden van de privacy op zichzelf een grond is voor een vorm van tegemoetkoming, wie die regeling dan moet uitvoeren en de gewenste en uitvoerbare mate van maatwerk bij de uitvoering.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 21 februari

43

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen