A-G Pauwels is van mening dat het bewijsoordeel van het hof over opzet is gebaseerd op een aan het hof voorbehouden waardering van de aangevoerde bewijsmiddelen.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat eiser voor 78% economisch mede-eigenaar is van de woning en de hypotheek voor diezelfde 78% een bestaande eigenwoningschuld is.

Naar aanleiding van meerdere Woo-verzoeken inzake kennisgroepstandpunten van de Belastingdienst is een vierde deelbesluit genomen. In dit deelbesluit wordt, mede naar aanleiding van de uitspraak van Rechtbank Amsterdam van 16 maart 2023 naar aanleiding van het beroep niet tijdig beslissen, een beslissing genomen op de eerste zes Woo-verzoeken. De verzoeken zien op kennisgroepstandpunten vanaf 1 januari 2015.

De dieettypering, het ziektebeeld en de aandoening in de dieetkostentabel zijn cumulatieve voorwaarden voor de toepassing van art. 37 Uitv.reg. IB 2001. Dat is het standpunt van de Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant verlaagt de verzuimboete voor het niet tijdig indienen van de aangifte inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) over het jaar 2019 vanwege de complexe problematiek van belanghebbende.

Het UWV heeft de nota ‘Gedifferentieerde premies WGA en Ziektewet 2025’ gepubliceerd. In deze nota staan de premies Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) en Ziektewet.

Hof Den Haag oordeelt dat de inspecteur Rijnvarende X terecht in de PVV-heffing heeft betrokken. De door Liechtenstein afgegeven A1-verklaring is volgens het hof niet van belang omdat Liechtenstein de ingebrachte bezwaren tegen de Nederlandse A1-verklaring heeft ingetrokken.

Het UWV meldt dat er twee formulieren sinds deze maand ook online beschikbaar zijn. Verder is er een nieuw formulier gepubliceerd.

Schoonmakers die via het inmiddels failliete onlineplatform Helpling huishoudelijk werk deden, moeten worden gezien als werknemers van het internetbedrijf. Dat adviseert de advocaat-generaal aan de Hoge Raad, die dit soort adviezen vaak overneemt.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de SVB terecht geen A1-verklaring aan X heeft afgegeven. X woonde ten tijde van de aanvraag namelijk in België, zodat het aan België is om de toepasselijke wetgeving vast te stellen, ook voor een situatie in het verleden.

Per 1 juli 2024 wordt de bestuursrechtelijke premie die wanbetalers van de zorgverzekering verschuldigd zijn verlaagd van € 175,20 naar € 160,60. Dit is 110% van de gemiddelde nominale premie.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de wettelijke regeling geen ruimte biedt voor de berekeningswijze die X voorstaat. Die komt namelijk neer op toepassing van de omkeerregel: belastingheffing is pas mogelijk indien en voor zover de betaalde premie in aftrek kon worden gebracht op het inkomen.

Hof Amsterdam oordeelt dat, als aan de voorwaarden van de premiekorting wordt voldaan, noch de wettekst, noch doel en strekking van die korting zich ertegen verzetten dat een latere nieuwe dienstbetrekking dient als start voor de premiekortingsperiode.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt na de prejudiciële antwoorden van de Hoge Raad dat X recht heeft op een tijdsevenredige berekende ouderenkorting van € 488 in plaats van € 127. De aanslag wordt aldus verlaagd.