Rechtbank Midden-Nederland geeft in een procedure over de WOZ-waarde van een woning uitleg over de verplichting van gemeenten om inzicht te geven in het proces van de waardebepaling.
X is het niet eens met de WOZ-waarde van zijn woning. Hij stelt eerst in beroep dat de WOZ-waardering niet inzichtelijk is.
Rechtbank Midden-Nederland geeft uitleg over de verplichting van gemeenten om inzicht te geven in het proces van de waardebepaling. Bij een geautomatiseerde waardebepaling is het aan de heffingsambtenaar om desgevraagd inzicht te geven in de gehanteerde keuzes, aannames en gegevens. Zo voorkomt hij dat de WOZ-beschikking, vanuit de belanghebbende gezien, het resultaat is van een ‘black box’ (zie HR 17 augustus 2018, V-N 2018/42.18). In dit geval dreigt volgens de rechtbank zo’n black box als het gaat om de indexcijfers die de gemeente heeft toegepast bij de referentiewoningen. X heeft het verzoek om de daaraan ten grondslag liggende gegevens echter pas op zitting gedaan. Dit is in strijd met de goede procesorde. De rest van de taxatiematrix is slechts een blote weergave van gegevens (objectkenmerken en verkoopcijfers) die niet geautomatiseerd tot stand zijn gekomen, zodat geen ‘black box’ dreigt. De gemeente is niet verplicht een grondstaffel te gebruiken of een correctie toe te passen voor de verschillen tussen de referentiewoningen. De gemeente moet alleen de WOZ-waarde van de woning van X aannemelijk maken en daarin is zij volgens de rechtbank geslaagd. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Algemene wet bestuursrecht 8:42
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Midden-Nederland
Editie: 2 september