Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de inspecteur terecht een vergrijpboete heeft opgelegd aan belastingadviseur X wegens het opzettelijk niet doen van suppletieaangiften omzetbelasting voor zijn klant.

Belanghebbende, X, werkt bij een administratiekantoor waar hij onder meer aangiften omzetbelasting indient voor klanten. De Belastingdienst legt aan X een verzuimboete op wegens medeplegen van opzettelijk niet tijdig indienen van suppleties voor de omzetbelasting.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de inspecteur terecht een vergrijpboete heeft opgelegd aan belastingadviseur X wegens het opzettelijk niet doen van suppletieaangiften omzetbelasting voor zijn klant. De rechtbank acht aannemelijk dat er sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen X en de klant, een VOF. X en de VOF hebben in verband met de financiële problemen van de VOF bewust nihilaangiften omzetbelasting ingediend en hebben vervolgens bewust nagelaten suppletieaangiften te doen. Beide partijen hebben gezamenlijk gehandeld in de uitvoering van de overtreding. X kan worden aangemerkt als medepleger als bedoeld in art. 5:1 Awb. De rechtbank handhaaft de boete van € 1250.

Lees ook het thema Verzuim- en vergrijpboetes: Een kwestie van verschil.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 10a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Noord-Holland

Editie: 18 januari

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen