Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat bij een geruisloze omzetting van een vof in een bv, de uren gewerkt bij de vof en de uren gewerkt bij de bv samengeteld mogen worden voor de bepaling van de hoogte van het lage-inkomensvoordeel. Voor een uitleg van het begrip ‘werkgever’ in de zin van art. 3 lid 1 Wtl is de arbeidsrechtelijke verhouding tussen werknemer en werkgever van belang en niet de definitie zoals opgenomen in art. 1 lid 1 Wtl.

X bv is op 9 april 2020 opgericht. Bij oprichting is de gehele onderneming van een vof geruisloos omgezet. X bv is per 9 april 2020 geregistreerd als inhoudingsplichtige. Per dezelfde datum is het loonheffingennummer van de vof gedeactiveerd. De inspecteur stelt het totale bedrag van het lage-inkomensvoordeel bij voor bezwaar vatbare beschikking vast op € 9661.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt eerst dat voor de uitleg van het begrip ‘werkgever’ in de zin van art. 3 lid 1 van de Wtl de arbeidsrechtelijke verhouding tussen werknemer en werkgever van belang is en niet de definitie zoals opgenomen in art. 1 lid 1 Wtl. Het feit dat er een geruisloze omzetting heeft plaatsgevonden is hiervoor niet van belang. Vervolgens oordeelt de rechtbank dat voor het bepalen van de hoogte van het lage-inkomensvoordeel de uren van de vof en de bv samengeteld mogen worden.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet tegemoetkomingen loondomein 3

Wet tegemoetkomingen loondomein 1

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

26

Gerelateerde artikelen