De regeling voor de fiscale eenheid wordt in deze wet uitgebreid voor twee situaties. De eerste situatie betreft die, waarin een in Nederland gevestigde moedermaatschappij via een andere EU/EER-tussenholdingmaatschappij de aandelen houdt in een in Nederland gevestigde kleindochtermaatschappij (zogenoemde ‘Papillon'-fiscale eenheid). De tweede situatie is die, waarin de aandelen in twee of meer in Nederland gevestigde zustermaatschappijen worden gehouden door een gemeenschappelijke in de EU/EER gevestigde moedervennootschap. Mogelijkheden tot dubbele verliesneming die het gevolg zouden kunnen zijn van deze uitbreiding van de fiscale-eenheidsmogelijkheden, worden tevens gerepareerd.
Aan het wetsvoorstel (34323) is aandacht besteed in V-N 2015/58.2, V-N 2015/58.3, V-N 2015/58.4, V-N 2016/20.2, V-N 2016/20.3, V-N 2016/20.4,V-N 2016/33.2, V-N 2016/33.3, V-N 2016/47.11, V-N 2016/47.12 en V-N 2016/50.10.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Vennootschapsbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 9 december